Researching the future
HP staat de laatste tijd wat minder positief in het nieuws, gezien het schandaal dat voortvloeide uit de machtsspelletjes binnen de Raad van Bestuur van het bedrijf. Dat neemt niet weg dat de Research and Development-afdeling van het bedrijf een globale faam heeft opgebouwd met onderzoek dat, net als dat van rivaal IBM, zich voornamelijk richt op de toekomst. Op het ‘what could be’. Naast product-gerelateerd onderzoek, wordt met name onderzoek gedaan naar technologieën die op langere termijneen rol kunnen spelen. Want zekerheid bestaat uiteraard niet: er vindt, net als bij andere R&D-afdelingen van bedrijven, veel onderzoek plaats naar technologie die nooit in de praktijk zal worden gerealiseerd. HP maakt nooit bekend wat jaarlijks aan dit soort onderzoek wordt besteed, maar minder dan een miljard dollar zal het zeker niet zijn. Dat zijn fikse investeringen, maar het onderzoek leidt tot grote aantallen patenten en octrooijen die er uiteindelijk toe leiden dat het geïnvesteerde kapitaal dubbel en dik wordt terugverdiend.
Veel onderzoek van HP richt zich op de toegankelijkheid van de IT-infrastructuur, die als een netwerk onze planeet moet omspannen. Toegankelijkheid is de sleutel ! De infrastructuur moet zo eenvoudig mogelijk toegankelijk zijn. Gebruikers moeten zonder problemen kunnen beschikken over datacentra die verspreid zijn over de hele wereld en die elk bestaan uit vijftigduizend servers. Deze servers staan draadloos met elkaar in verbinding via een programmeerbare ‘grid’, zijn zelfherstellend en kunnen zonder menselijke ondersteuning draaien. De ‘grid’ is leveranciers-onafhankelijk, heeft geen vaste status, is afgestemd op de behoefte van de gebruiker(s) op verschillende momenten en heeft software beschikbaar, die leveranciers- en gebruikersonafhankelijk is. Het voordeel van zo’n netwerk is dat de gebruiker op basis van zijn behoefte er gebruik van kan maken, capaciteit kan inhuren juist op die momenten dat het nodig is en (heel belangrijk) niet zelf hoeft te investeren in faciliteiten die een groot deel van de dag, maand of jaar niet gebruikt worden. In het optimale geval ontstaat een P2P-netwerk, waarbij iedere gebruiker gebruik zou kunnen maken van jouw computer en harde schijf. Uiteraard indien er toestemming is verleend of er voor betaald wordt. Een van de uitvloeisels van deze research is de aansluiting van HP bij PlanetLab, dat (zij het nog in een beperkt stadium) het bovenstaande idee tracht te realiseren.
Veel onderzoek wordt gericht op opslagsystemen en opslagcapaciteit, uiteraard steeds meer in verband met de recente quantummechanica en quantumtechnologieën. HP richt zich sterk op ARS, Atomic Resolution Storage. Electronenstralen schrijven daarbij gegevens, wissen en herschrijven ze in dichtheden op atomair niveau (‘The density achieved is 7x greater than the best achieved by spinning technology (vertical magnetic recording which is yet to be released in product form). The data transfer rates for ARS are comparable to Flash memory’.) ARS kan gigabytes wegschrijven op een chip, is duurzaam en kan duizenden keren worden herschreven. Opslagcapaciteit kan door het koppelen van deze geheugens onbeperkt worden. Het onderzoek naar storage bij HP is uitgebreid.
Een ander intersaant project was ARKive, een digitaal archiveringsproject van alle bedreigde dier- en plantsoorten en ecosystemen, met foto-, film- en geluidsopnamen. In ARKive zijn zesduizend bedreigde diersoorten opgenomen en 33 duizend planten met ieder tien minuten ongecomprimeerde videobeelden van hoge, digitale kwaliteit. Alleen voor Groot-Brittannië is 33 terabyte nodig, zeg zesduizend DVD’s van 4,7 GB elk. Een volledige backup verdubblt de benodigde opslagcapaciteit. Alle opgeslagen fragmenten zijn voorzien van metadata over rechten, inhoud, vindplaats, context, enz. Per object zijn dat ongeveer 160 gegevens.
De researchpagina’s op HP’s website geven een mooie blik in een (mogelijke) toekomst, zowel nabij als verder weg. Interessante literatuur. Het geeft aan dat we qua technologie veel bereikt hebben, maar dat er nog heel veel meer in het verschiet ligt…..
oktober-november 2006