2 maart 2007
In ziekenhuizen worden patiëntengegevens slordig bijgehouden in de medische dossiers, met alle gevolgen van dien. 'De kans dat de hoofdbehandelaar kennis neemt van alle relevante bevindingen is klein', zo wordt geconstateerd in een rapport van de Inspectie voor de Gezondheidszorg. 'Een oude vrouw met suikerziekte moest voor de derde keer een teen laten amputeren, aan haar rechtervoet. De arts vroeg nog of het inderdaad de middelste teen van de rechtervoet betrof. De vrouw beaamde dat. Toch werd de verkeerde teen geamputeerd. Bleek de arts de middelste van de vijf oorspronkelijke tenen te hebben bedoeld, de patiënt de middelste van de drie overgebleven tenen'. 'Het is geen eng sprookje, maar realiteit', zo zegt inspecteur-generaal Gerrit van der Wal bij de presentatie van het rapport, dat specifiek gaat over de handelingen die in ziekenhuizen aan operaties voorafgaan. Het verhaal illustreert de gebrekkige informatieoverdracht tussen medisch specialisten en overige zorgverleners en de mogelijke consequenties daarvan. Schokkend is de conclusie dat bij beter communicatie en betere gegevens in het medisch dossier de helft van de ernstige complicaties bij operaties vermijdbaar is.
Patiënten die geopereerd moeten worden hebben te maken met veel verschillende zorgverleners: chirurgen, verpleegkundigen, operatieassistenten, laboranten, radiologen, anesthesiologen en anderen. Volgens de inspectie communiceren deze zorgverleners niet goed aan elkaar wat ze van de patiënt weten. Dat komt deels doordat operaties in ziekenhuizen organisatorisch zijn opgesplitst in een chirurgisch, anesthesiologisch, verpleegkundig en planningsdeel en die afdelingen niet altijd van elkaar weten waar ze mee bezig zijn. In veel medische dossiers ontbreekt bijvoorbeeld informatie over allergieën. Gegevens over medicatie, lengte, gewicht en bloeddruk geven regelmatig op diverse plaatsen in het medisch dossier verschillende waarden aan. 'De kans dat de hoofdbehandelaar kennis neemt van alle relevante bevindingen in het preoperatieve traject en daar zijn beleid op kan aanpassen, is klein'. Het rapport bevat op zich niets nieuws: de meeste bevingingen in het rapport zijn allang bekend. Over het feit dat de medische dossiers vaak niet op orde zijn en dat daardoor op basis van verkeerde of onvolledige informatie wordt gehandeld is door de inspectie al in 2004 vastgesteld. Bij zowel de slecht onderhouden papieren als de digitale dossiers liep de patiënt een 'reële kans op gevaar'. De specialisten kregen toen al een veeg uit de pan: ze gingen te weinig na of de vastgelegde informatie wel klopte. Wat nu echter opvalt zijn de keiharde oordelen die de inspectie nu uitspreekt én de gevolgen die ze daaraan verbindt. Ziekenhuizen moeten de komende drie jaar maatregelen nemen om deze misstanden te voorkomen en de inspectie blijft monitoren of en hoe ze dat doen. De nieuwe inspecteur-generaal Gerrit van der Wal kondigde al eerder aan dat onder zijn leiding de inspectie minder vrijblijvend toezicht zal houden op zorginstellingen. De ziekenhuizen moeten volgens hem meer dan nu het geval is laten zien wat ze doen, hoe ze dat doen en wat het oplevert. De Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen moet wennen aan de hardere opstelling van de inspectie en is ernstig geschrokken van de toon in het rapport. Ze stelt dat ziekenhuizen al sinds november 2006 met de inspectie overleggen over het oplossen van de problemen. De vereniging zegt heel goed te weten dat nog veel verbeterd moet worden aan het preoperatieve proces. 'Daarom bevreemdt het de NVZ dat de IGZ zo hard inzet met dit rapport'. Op de belangrijkste vraag van het onderzoek – namelijk of zorgverleners informatie over een patiënt terug kunnen vinden die een ander heeft vastgelegd – antwoordt de inspectie: 'Het antwoord is kort en bondig: nee'. Dat moet hard aankomen bij de betrokkenen. De Orde van Medisch Specialisten bestrijdt dat de voorbereiding van operaties in ziekenhuizen ‘één grote puinhoop’ is. Ook de NVZ benadrukt dat het ‘meestal goed gaat’ bij medische ingrepen. 'Omissies in dossiers worden gecompenseerd door de mensen die opereren en die weten waarmee ze bezig zijn’, aldus de Orde. De NVZ zegt dat de Inspectie ‘nodeloos onrust’ veroorzaakt bij patiënten, hun familie en vrienden. ‘Het is beslist niet zo dat de patiënt die geopereerd moet worden per definitie gevaar loopt’, stelt de NVZ. Waarmee maar weer eens wordt aangegeven dat het makkelijk is om slechte dossiervorming en gegevensvastlegging te bagatelliseren….