15 november 2007
Karianne Vermaas stelt in haar proefschrift dat gebruik maken van een glasvezelinternet helemaal niet interessant is voor consumenten. Haar onderzoek toont aan dat de huidige breedband-gebruikers nauwelijks bereid zijn meer te betalen voor (wat zij de 'beperkte meerwaarde' noemt van) glasvezel. Vermaas bestudeerde breedbandadoptie alsmede het gebruik van snelle internetverbindingen in Nederland tussen 2001 en 2005. De snelle overstap op ADSL en Kabelinternet heeft snel plaatsgevonden, vooral omdat de 'meerwaarde' groot was. Het bood veel interessante voordelen boven het gebruik van analoge telefoonlijnen en ISDN-verbindingen. Zo werd de snelheid van de internetverbinding spectaculair verhoogd en warden de kosten beheersbaar vanwege de introductie van flat fee-abonnementen. En vooral het feit dat de gebruiker voortdurend online kon zijn werd als een grote vooruitgang gezien. Vermaas promoveert op 20 november in de Informatica aan de Universiteit Utrecht. Ze deed haar promotieonderzoek op basis van drie tweejaarlijkse metingen onder consumenten, via online-enquêtes, via onderzoek op basis van logboeken van gebruikers en via diverse bijeenkomsten.
Glasvezeltechnologie biedt de gemiddelde internetgebruiker nauwelijks meer gemak. De kosten daarentegen zijn veel hoger. Nieuwe internetdiensten (die niet kunnen worden geboden via ADSL en kabel – en dat zijn er niet veel!) kunnen eventueel een aantrekkende werking hebben. Vermaas concludeert echter dat gegevens uit het verleden aantonen dat het beschikbaar zijn van een paar toepassingen nauwelijks een rol spelen bij de overstap. ADSL en kabel zijn daar overtuigende bewijzen voor. Omdat er momenteel maar weinig diensten zijn die de kwaliteiten van glasvezel benutten, ligt het omarmen van glasvezel door de consument dan ook niet voor de hand. Een killer application lijkt ook niet direct voorhanden te zijn. En dat is eigenlijk erg slecht nieuws voor de glasvezelindustrie. De adoptie en het gebruik van nieuwe technologie is dynamisch, zo stelt Vermaas. Hoewel patronen van technologie-adoptie nooit helemaal voorspelbaar zijn, komen bepaalde factoren wel steeds terug. De belangrijkste reden voor mensen om een breedbandverbinding met Internet te nemen was het gemak. De overgang naar glasvezel biedt de gemiddelde internetgebruiker niet meer gemak. De data voor dit proefschrift heeft Vermaas voor het grootste deel verzameld binnen het project ‘Breedband en de Gebruiker’. Vermaas heeft gebruik gemaakt van een herhaald cross-sectioneel-onderzoek met verschillende onderzoeksmethoden. Afgezien van het empirische deel van het onderzoek heeft Vermaas ook een kritische en systematische beschouwing met OpenKi gemaakt van twee theorieën en de bijbehorende empirische bevindingen. Diffusion of Innovations van Everett Rogers (1995) en het Technology Acceptance Model van Fred Davis en Richard Bagozzi (1989, 1992) staan hierin centraal. Grote providers steunen haar conclusies. @Home (1,8 miljoen abonnees) trekt het bestaande glasvezelnetwerk voorlopig niet tot aan de voordeur door. 'Met het upgraden van modems wordt de glasvezelsnelheid van 100 MB ook makkelijk bereikt', zegt woordvoerder Piet Postma. 'De laatste 150 meter coaxkabel is geen bottleneck. We zijn niet tegen glasvezel, maar pas over tien, twintig jaar is het standaard. We laten ons een beetje gek maken'. Ook Casema (1,33 miljoen aansluitingen) ziet glasvezel voorlopig niet zitten. Directeur Herman Wagter van het Glasvezelnetwerk Amsterdam ziet het echter totaal anders en vindt het onderzoek van Vermaas 'achterhaalt'. Volgens Wagter is het niet de vraag of er glasvezel komt, maar wanneer. En het zal zeker niet duurder zijn dan ADSL of kabel. Als een mogelijke nieuwe applicatie voor glasvezel noemt Vermaas hoogkwalitatieve communicatie via beeld en geluid, bijvoorbeeld tussen arts en patiënt. Diensten die niet zonder het glasvezelnetwerk kunnen en waar de consument op staat te springen, zijn er volgens Vermaas nog niet.