3 december 2007
Vanaf volgend najaar zullen de belangrijkste archieven, musea en bibliotheken in Europa via een digitaal toegangspunt worden ontsloten. De plannen daartoe, die al twee jaar geleden werden gelanceerd, liggen op schema. Dat althans liet de Europese Commissie eind vorige week weten. De Europese digitale bibliotheek is een stap dichterbij gekomen, nu er een stichting voor in het leven is geroepen. De stichting gaat eerdere afspraken tussen Europese musea, bibliotheken en archieven concreet maken. Het project wordt geleid door de Duitse nationale bibliotheek. Met de bibliotheek wil de Europese Commissie een gemeenschappelijk digitaal toegangspunt creëren voor het culturele erfgoed in Europa. Viviane Reding, Eurocommissaris voor Infomatiemaatschappij en Media, stelde eind vorige week de statuten van de nieuwe stichting vast. 'Europe's citizens should all be able to enjoy our rich cultural heritage. This Foundation is a significant step towards making that ambition come true', zo vertelde zij. 'It shows the commitment of Europe's cultural institutions to work together to make their collections available and searchable by the public through a common and multilingual access point online'.
De Europese Commissie sprak twee jaar geleden al over een online bibliotheek met gedigitaliseerde boeken en audiomateriaal van Europese bodem. Het plan is verder ontwikkeld en begint nu echt vorm te krijgen. In 2008 moet de Europese e-library een feit zijn. In de stichting zijn Europese archieven, musea, audiovisuele archieven en bibliotheken verenigd. Zij hebben afgesproken om hun collecties online beschikbaar en doorzoekbaar te maken voor het grote publiek. De bibliotheek moet een algemeen, meertalig toegangspunt worden tot Europa's culturele erfenis. In november 2008 moet een prototype worden gelanceerd, met minstens twee miljoen digitale boeken, foto's, kaarten, archief- en filmmateriaal. Tegen 2010 moet het aanbod zijn gegroeid tot 'veel meer dan de zes miljoen die aanvankelijk werden voorgesteld', zo stelt Wim van Drimmelen, van de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag. Die snelle groei is haalbaar omdat steeds meer instituten hun digitale objecten digitaal toegankelijk willen maken, zo denkt de Europese Commissie. Er zijn twee zaken die nog als knelpunt kunnen gaan fungeren: de financiering en de auteursrechten. Tegen juni 2008 verwacht de stichting een overeenkomst te hebben over hoe om te gaan met zogenaamde orphan works. Bij dergelijke werken is het erg lastig om de rechthebbenden te achterhalen. Wetenschappelijke uitgevers en instellingen zijn van plan om de handen ineen te slaan in een experiment met vrije toegang tot onderzoekspublicaties. Het europese initiatief werd vooral gestart door de grote bezorgdheid van Frankrijk over de inspanningen van het Amerikaanse Google om miljoenen, vooral Engelstalige, boeken uit Amerikaanse universitaire bibliotheken te digitaliseren. Het vreesde een Anglosaksische kijk op de geschiedenis. Van Drimmelen: 'Deels ben ik het daar mee oneens. Ook een bedrijf als Google komt op den duur wel toe aan het digitaliseren van Nederlandse teksten. Maar als klein taal- en cultuurgebied moet je wel voor jezelf opkomen, want voor de commercie ben je minder interessant'. Het Europese project probeert een monocultuur te voorkomen door lidstaten een grote rol te geven bij het ‘vullen’ van de digitale bibliotheek. De vraag is of iemand nog de moeite wil nemen om een erfoedinstelling te bezoeken. Hoogleraar taaltechnologie Franciska de Jong gelooft daar niet zo in. 'Dat je via internet kan ruiken aan al deze kunstwerken stimuleert juist de drang om ze van dichtbij te willen zien. En niemand gaat een heel boek via internet lezen'. Van Drimmelen is het daarmee eens. 'Het gevaar is juist dat er via internet te weinig te vinden is. Voor veel mensen geldt nu al: als ik het online niet vind, bestaat het niet'.