5 april 2011
De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel voor verplichte invoering van het plan unaniem van de hand gewezen. Aan de voorbereidingen voor de invoering van zo’n landelijk medisch dossier voor alle Nederlanders is al 300 miljoen euro uitgegeven. Er is meer dan tien jaar aan gewerkt. Ondanks die lange tijd aan voorbereiding bleek tijdens het de behandeling van het wetsvoorstel dat de veiligheid van de gegevens in dergelijke dossiers niet voldoende gewaarborgd was en dat de manier waarop de gegevens door artsen en andere zorgverleners worden beschreven, niet uniform was. De Tweede Kamer was eerder al akkoord gegaan met het wetsvoorstel, maar de haken en ogen die met de invoering van het EPD meekwamen, bleven onderwerp van discussie. De Eerste Kamer besloot daarom tot een hoorzitting, waarbij voor- en tegenstanders ruimte kregen hun zegje te doen. Tijdens de behandeling van het wetsvoorstel vorige week bleek al dat een ruime meerderheid teveel obstakels zag voor implemenatie en uitvoering van de wet. De grootste kritiek kwam op de invoering van een Landelijk Schakelpunt, LSP. Dat schakelpunt moet de patiënteninformatie die lokaal of regionaal staat opgeslagen, bijeenbrengen en nationaal ontsluiten. Hoewel sommige fracties het nut van het LSP wel inzien, bleven er zorgen over de beveiliging en de bescherming van de privacy.
Minister Edith Schippers kwam vorige week nog wel met een afgezwakt voorstel, waarbij de informatie in het dossier zou worden gereduceerd tot medicijngebruik en toegang tot het dossier door medici zou worden beperkt. Ook zouden patiënten het recht krijgen van een opt-in, toestemming vooraf dus voor het opnemen van gegevens in een dergelijk dossier. Maar de toezeggingen waren niet voldoende om de bezwaren van de Senaat weg te nemen. De belangenorganisaties in de zorg willen verder gaan met de gegevensuitwisseling. De belangenorganisaties hebben vorige week nog een brief gestuurd naar de Eerste Kamer waarin zij pleitten voor een betere infrastructuur voor de uitwisseling van data en voor meer uniformiteit daarvan. In de brief wordt gesteld dat jaarlijks “100 miljoen berichten tussen zorgverleners uitgewisseld worden”, maar dan via het landelijke Edifactsysteem. Het gaat om het delen van specifieke informatie tussen artsen onderling. Dat systeem verschilt van het EPD waarmee de hele dossiers van patiënten gedeeld zouden worden. “Elektronische uitwisseling van medische gegevens, regionaal of bovenregionaal, is een feit”, zo staat geschreven. Dat loopt echter (nog) niet via het LSP. “Wel zijn een landelijke infrastructuur en landelijke standaarden noodzakelijk”. Zo hoeven regionale systemen niet meer apart beveiligd en onderhouden worden. Als de gegevensuitwisseling centraal geregeld wordt zijn de systemen veiliger en efficiënter, aldus de artsen. De medici pleiten in de brief tegen een blokkade van het gebruik van de landelijke infrastructuur. Een motie van de PvdA heeft wel geleid tot het stoppen van de aansluiting van nieuwe organisaties op het LSP, maar ondanks het staken van dat werk bestaat het schakelpunt dus nog wel. De artsen willen met die infrastructuur in de toekomst meer ervaring opdoen.