De Rekenkamer had te weinig tijd voor gedegen onderzoek naar de besparingen die open source. op kan leveren. Uit normale administraties is dat namelijk niet te halen. De Rekenkamer heeft dus alleen ‘navraag gedaan’. GroenLinks vindt dat dit niet acceptabel is en eist een nieuw onderzoek.
Dat blijkt uit brieven die de Algemene Rekenkamer naar de Tweede Kamer en Hans Sleurink heeft gestuurd. Sleurink heeft een zeer kritische brief naar de onderzoekers gestuurd, waarin hij stelt dat de gebruikte methodiek twijfelachtig is en dat de Rekenkamer niet als een toezichthouder is opgetreden. Hij vindt dat de Rekenkamer een politiek standpunt heeft ingenomen.
Het onderzoek, dat een half jaar in beslag heeft genomen, werd zwaar bekritiseerd en leidde niet tot een antwoord op de vraag hoeveel geld er te besparen is met open-sourcesoftware. De Rekenkamer erkent nu niet volledig te zijn geweest.
Zo schrijft de Rekenkamer dat er wel is gekeken naar kosten van het upgraden van closed source producten, maar dat daar geen prijskaartje aan is gehangen. ‘De reden voor het laatste is dat de hiervoor vereiste informatie niet eenvoudig uit de administratie te halen is’, stellen ze. ‘Het was derhalve onmogelijk deze informatie te achterhalen binnen de voor het onderzoek beschikbare tijd’.
Dat het moeilijk is met een berekening te komen rond kostenbesparing, is goed verklaarbaar voor de Rekenkamer. ‘Wij constateren dat er beperkingen in het beeld zijn, niet dat een goed beeld op de ICT-uitgaven van de overheid ontbreekt. De administraties van de ministeries, zowel de financiële administratie als die van het licentie- en applicatiebeheer, zijn er niet (specifiek) op ingericht om inzicht te bieden in de uitgaven op het gebied van ICT’, aldus de brief. ‘Ministeries zijn daar ook niet toe verplicht’. Dus is het ook logisch dat er geen antwoord op de vragen gegevens werd. ‘Wij hebben geen totale besparing berekend omdat het beschikbare cijfermateriaal zich daar niet toe leent. Wel hebben wij pogingen daartoe ondernomen’.
OSSLO (Open Source Software Leveranciers Organisatie) heeft een berekening gemaakt, maar die is niet bruikbaar: ‘Wij hebben het ICT-kostenmodel van de OSSLO niet toegepast, omdat het niet geschikt is om de totale ICT-kosten, softwarelicentiekosten en softwareonderhoudskosten in beeld te brengen’. Het waarom daarvan, wordt niet vermeld.
Het kritiekpunt dat de Rekenkamer de besparingen van open sourcesoftware bij een grote uitrol heeft onderschat, omdat één licentie afdoende is voor een onbeperkt aantal gebruikers, leidt tot een tegenstrijdige reactie van de Rekenkamer. ‘Een hoger aantal gebruikers leidt echter niet tot een hogere feitelijke besparing. Wel dalen de kosten per opensourcesoftware-gebruiker omdat het ministerie de hiervoor benodigde extra investering op nihil schat’, schrijft de Rekenkamer.
In een reactie aan Sleurink, die jaarlijks het Open Source Jaarboek publiceert, stelt de Rekenkamer het huiswerk goed te hebben gedaan. De gebruikte methodiek deugt en de bevoegdheden zijn niet overschreden.
Voor GroenLinks zijn de antwoorden onbevredigend. ‘Uit de antwoorden van de Algemene Rekenkamer op vragen vanuit de Tweede Kamer naar aanleiding tot haar onderzoek naar mogelijke besparingen van de overheid door gebruik van open source komt vooral naar voren dat door beperkingen in mandaat, tijd en het type onderzoeksvragen naar mijn mening geen algemene conclusies kunnen worden verbonden’, zegt kamerlid Arjan El Fassed. ‘Bovendien beperkt het onderzoek van de Algemene Rekenkamer zich tot kerndepartementen terwijl het alternatieven geeft hoe er met deze beperking zou kunnen worden omgesprongen’. Juist de aandacht voor ministeries is te beperkt. ‘Het is duidelijk dat nader onderzoek met name op het niveau van decentrale overheden mogelijk moet zijn’, stelt hij dan ook. ‘Daarbij zou ook de tijd moeten worden genomen om een inventarisatie te maken naar ervaringen in vergelijkbare landen’. El Fassed noemt het onhoudbaar dat Minister Donner van Binnenlandse Zaken volhoudt dat er geen nader onderzoek nodig is.
Het is een problematische reactie. Voor de brieven zie hier en hier.