KPMG slaat alarm over de staat van IT in de zorg. Het managementadviesbueau stelt dat Nederlandse bestuurders in de zorg onvoldoende grip hebben op IT. ‘Het ontbreekt bij de meeste instellingen aan een volledig inzicht in kosten en opbrengsten van informatietechnologie’.
Bij werkcontacten met managers in de zorg bleken veel instellingen geen prognose te kunnen geven van de ontwikkeling van de IT-uitgaven in de komende 3 tot 5jaar. Om IT- en informatiemanagement hoger op de zorgagenda te krijgen, stelden Stan Aldenhoven en Jan de Boer, respectievelijk directeur en partner bij KPMG, een boek samen onder de titel: IT in de zorg; lees voor gebruik de bijsluiter. Hoofdstuk 10 van het boek is gratis te downloaden op de site van KPMG.
‘Gezien de steeds noodzakelijker wordende rol die IT de komende jaren in de Nederlandse zorg zal gaan spelen, is dit op zijn minst een zorgwekkende constatering’, zegt Aldenhoven.
Aldenhoven: ‘De Nederlandse zorginstellingen zullen de komende jaren substantieel meer geld investeren in moderne technologieën om te kunnen voldoen aan de vraag naar betere en innovatieve zorgdiensten. Invoering van nieuwe EPD-systemen en nieuwe toepassingen op het gebied van E-Health en medische techniek noodzaken de zorginstelling de komende jaren het verouderde applicatielandschap te vernieuwen, de eilandautomatisering op te lossen, de IT-infrastructuur uit te breiden en de organisaties voor IT en medische techniek te professionaliseren. Dat vergt de komende jaren een aanzienlijke investering en een ander IT-beleid. Meer sturing geven aan de inzet van IT en grip krijgen op de IT-uitgaven is noodzakelijk om werkelijk toegevoegde waarde te kunnen halen uit IT’.
De zorgsector staat volgens De Boer aan de vooravond van nog grotere investeringen in IT. De Boer: ‘Als we alleen al naar de ziekenhuizen kijken, dan zien we dat veel ziekenhuizen bezig zijn met het digitaliseren van hun informatie en digitaal werken willen invoeren. Daarnaast worden ze ook in toenemende mate gedwongen transparanter te werken en sneller data aan te leveren bijvoorbeeld in het kader van bevoorschotting door de zorgverzekeraar. De huidige IT-systemen zijn hiervoor niet geschikt en moeten dan ook hoognodig worden vervangen’.
Bovendien zal de IT-organisatie moeten transformeren naar een servicegerichte organisatie die op basis van een 24×7 uur concept werkt. Op dit moment liggen de werkelijke IT-uitgaven van een gemiddeld ziekenhuis rond 10% van de omzet. Met alle genoemde ontwikkelingen zullen deze uitgaven de komende jaren groeien naar 12 tot 14%. Het is dan ook van groot belang dat IT en informatiemanagement hoger op de agenda komen te staan.
Een andere ontwikkeling waar veel bestuurders in de zorg mee kampen is volgens Aldenhoven de invoering van het elektronisch patiënten dossier. ‘Het EPD kan het verschil maken in de informatievoorziening – van een zorginstelling. Het EPD bepaalt zowel de toegankelijkheid en uitwisselbaarheid van medische informatie als de transparantie van een zorginstelling. In de uitwerking van de informatiestrategie is het EPD een cruciaal systeem’.
Zorginstellingen doen er goed aan de informatievoorziening vanuit een brede context te bekijken en in te richten. Het gaat niet om het invoeren van IT, maar om het neerzetten van een betrouwbare informatievoorziening in zijn totaliteit. Hierbij worden processen vanuit de keten ingericht en worden relevante gegevens in het primaire zorgproces (uiteenlopend van medische gegevens, orders en planningsgegevens) eenvoudig, snel en betrouwbaar toegankelijk gemaakt voor de zorgverlener, zijn patiënten en de ketenpartners met wie hij werkt.
‘Zorginstellingen die hiertoe in staat zijn, kunnen zich strategisch onderscheiden van andere. Een belangrijke randvoorwaarde voor succes is dat iedereen dezelfde taal spreekt. Eenheid van taal. Alle partijen op het medisch inhoudelijk gebied moeten vanuit een uniform begrippen- en definitiekader met elkaar communiceren. Dit vergroot de patiëntveiligheid en versnelt het uitwisselen van informatie. Op dit moment is dit nog niet het geval en worden de medische gegevens in het EPD-systeem meestal nog vastgelegd in normale spreek- of schrijftaal. Hierdoor is het gebruik van het (nieuwe) EPD-systeem niets anders dan het digitaliseren van het papieren dossier en draagt het niet bij aan de overgang van analoog naar digitaal werken’, aldus Aldenhoven.
Kortom als niet breder wordt nagedacht en niet tegelijk randvoorwaarden als ‘eenheid van taal’ worden gerealiseerd, zullen de gewenste veranderingen niet worden gehaald.