Eric Schmidt stelde in 2010 dat op dat moment iedere twee dagen evenveel informatie gegenereerd werd als in alle jaren tot 2003 toe. Dat zou kunnen, al kan niemand het precies berekenen. Het is echter zeker dat de grote hoeveelheden informatie maatschappelijk succes en falen grotendeels afhankelijk maken van de informatievaardigheden die iemand heeft.
‘Information literacy’, de academische term om informatievaardigheden aan te duiden, is al meer dan drie decennia een populair onderzoeksthema. Google’s zoekmachine geeft 537.000 hits over het afgelopen jaar en 2.610.000 resultaten zonder tijdslimiet. Tientallen boeken en artikelen zijn er over geschreven, al gaan die meer over ‘technological literacy’ en over de ‘digitale vaardigheden’ van ‘digital natives’, ‘net savvy’s’ of ‘homo-zappiens’.
Vooral jonge mensen horen blijkbaar daartoe: ze zijn immers opgegroeid in een ICT-wereld, zijn vertrouwd met het gebruik van computers, mobiele apparaten, sociale media en het internet. Zij zijn de voorlopers van de nieuwe, digitale wereld, voor de voeten gelopen door de oudere generaties, die hooguit digitale immigranten kunnen zijn, niet in het bezit van de inherente technologische capaciteiten van jongere generaties. Het is ondertussen duidelijk geworden dat die beschrijvingen overdreven zijn.
Mijn ervaringen met studenten leren dat hun daadwerkelijke gebruik van ICT en de effectiviteit daarvan beperkter is dan gesuggereerd: gaming, SMS-en, snel zoeken op Internet, muziek en films downloaden of streamen en het gebruiken van sociale media. Vraag ze vooral niet om een spreadsheet te ontwerpen, een database in te richten of een data-analyse uit te voeren.
En overweg kunnen met technologie wil nog niet zeggen dat jongeren goed overweg kunnen met informatie. Livingstone heeft al in 2009 aangetoond dat het bij jongeren gaat om passieve consumptie van informatie. ‘Information literacy’ is echter allesbehalve passief. De Association of College and Research Libraries zegt dat een ‘information literate’ persoon kan bepalen welke informatie benodigd is, effectief en efficiënt benodigde informatie kan vinden en gebruiken, informatie en informatiebronnen kritisch kan beoordelen, geselecteerde informatie kan omzetten naar kennis, de economische, juridische en sociale effecten van informatie begrijpt en er ethisch en rechtmatig mee omgaat.
Grote groepen jongeren (en laten we eerlijk zijn: ook ouderen!) kunnen dat niet. Het wordt ze ook niet aangeleerd. In het hoger onderwijs verwacht iedereen dat jongeren die vaardigheden al hebben. Een module ‘informatievaardigheden’ in de propedeuse kan dan nog net, maar verder doen onderwijsinstellingen er niets mee.
Als er iets aan jongeren moet worden duidelijk gemaakt, dan is het wel dat kunnen omgaan met betrouwbare informatie cruciaal en onontkoombaar is. Informatievaardigheden behoren gedurende een totale schoolloopbaan te worden getraind, van basis- tot hoger onderwijs. Als dat bewustzijn er niet is dan zouden deze ‘digital natives’ wel eens een ‘lost generation’ kunnen worden.
Digitaal tenminste.
Voor de eerste keer gepubliceerd in IP. Vakblad voor Informatieprofessionals, 2015, nr. 5, p. 27.