14 januari 2009
De Regio Rijnmond wacht niet langer op landelijke ontwikkelingen en laat, door de keuzen die gemaakt worden, blijken de landelijke insteek van het dossier niet echt te ondersteunen. In de regio bestaat grote behoefte aan informatie-uitwisseling tussen huisartsen, ziekenhuizen en apothekers. Interpay rapporteerde vorige maand al aan minister Hoogervorst dat er ruimte moet blijven voor regionale initiatieven. Uiteindelijk moet er wel naar de landelijk afgesproken standaarden toe worden gewerkt. De zorgverleners in de Regio hebben in samenwerking met de Stichting RijnmondNet, het communicatienetwerk voor zorg in de regio, en de drie Rotterdamse ziekenhuizen (Sint Franciscus Gasthuis, Erasmus MC en Oogziekenhuis) het Transmuraal Informatieplatform (TIP) Rijnmond opgezet. Nico Bruens, directeur Informatie van het Erasmus MC en een van de initiatiefnemers van TIP, ziet wel een paar hobbels op de weg. Het Landelijk Schakelpunt (LSP) vereist aansluiting van de bronsystemen van alle zorgverleners in Nederland. En dat niet alleen: de systemen moeten 24 uur per dag beschikbaar zijn, ook in de gehuchten. Breuns is daarover niet echt optimistisch: ‘Dat lukt natuurlijk nooit’.
Hij voorziet ‘gigantische’ problemen op performance- en beveiligingsgebied. Regio Rijnmond wil daarom de gegevens van de verschillende zorgaanbieders ontsluiten, stroomlijnen en standaardiseren in één systeem in de vorm van een ASP-oplossing. ‘We doen het stap voor stap’, zegt Breuns, ‘Momenteel implementeren we het BSN en de UZI-pas en vindt begin 2009 de eerste informatie-uitwisselingen plaats’. In de tweede fase staat uitbreiding op het gebied van onder meer diabetes, COPD, de palliatieve zorg, telemedicine en patiëntinformatie op de agenda. Ook wordt er gekeken naar verbreding van deelname door andere ziekenhuizen, huisartsen en apothekers uit de regio en naar samenwerking met andere regio’s, zoals Dordrecht en Gorinchem. Uiteindelijk is het de bedoeling dat het regionale platform wordt gekoppeld aan het landelijke EPD-netwerk. De eerste 15 patiënten van het Erasmus MC in Rotterdam kunnen volgende maand inloggen in het Zorgportaal. Hier kunnen ze medische gegevens inzien, uitslagen opvragen of de dokter een vraag e-mailen. ‘Het Zorgportaal Rijnmond kan een goed voorbeeld zijn voor het nog in te voeren landelijk Electronisch Patienten Dossier’, zo zegt Jan Hazelzet van het Erasmus MC. Namens dit ziekenhuis is hij betrokken bij het project. 'De ambitie is hoog, we willen een regionaal EPD bereiken.' Het EPD maakt gebruik van DigiD, XML en open source software. Hazelzet hoopt dat het Zorgportaal de leidraad kan vormen voor het landelijk in te voeren EPD. Daartoe wordt continu overleg gevoerd met Nictiz, het kenniscentrum voor ICT in de zorg. 'We hopen dat het Zorgportaal het EPD kan complementeren’. De software van het zorgportaal is open source en bestaat o.a. uit Tolven, een online oplossing voor medische data. Het systeem drijft op de Continuity of Care Document, een XML-standaard voor opslag en uitwisseling van medische gegevens. Google en Microsoft maken hier ook gebruik van bij hun EPD-oplossingen (Google Health en Health Vault). Meerdere ziekenhuizen hebben al eerder aangekondig hiervan graag gebruik te maken. Het landelijke EPD doet dat niet en dat is op zich een twijfelachtige keuze. De veiligheid is volgens Hazelzet gegarandeerd. Medisch specialisten moeten inloggen met de UZI-pas, waarbij speciale software registreert wie wanneer welke gegevens heeft opgevraagd. Patiënten kunnen bij hun dossier door gebruik te maken van DigiD met SMS-verificatie. Volgens Hazelzet is DigiD hiervoor veilig genoeg. 'Het wordt overal voor gebruikt, dus waarom hier niet', zegt hij. Hiermee doelt Hazelzet op diensten zoals de Belastingdienst. Uit onderzoek van het ministerie van VWS is echter al gebleken dat DigiD niet veilig genoeg is, en medische gegevens een hoger beveiligingsniveau vereisen. Artsen krijgen pas toestemming tot de gegevens als de patiënt daar expliciet toestemming voor heeft gegeven. Dit in tegenstelling tot het landelijke dossier, waar burgers alleen uit worden gehaald als er bezwaar wordt aangetekend. De proef met de 15 patiënten duurt een half jaar. Hierna wordt het Zorgportaal Rijnmond uitgebreid. Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport juicht het Zorgportaal Rijnmond toe. 'We vinden het een goede ontwikkeling dat zorgaanbieders aandacht besteden aan de uitwisseling van medische gegevens en andere elektronische vormen van ondersteuning van de patient die het zorgproces klantvriendelijker kunnen maken', laat een woordvoerder weten.