De eerste barsten verschijnen al in het private gezondheidsdossier ! Politici komen er achter dat ‘privaat’ betekent dat publieke zeggenschap over de ontwikkeling en samenstelling ervan minimaal is.
Minister Schippers staat machteloos tegen de zorgverzekeraars die huisartsen verplichten aansluiting te zoeken bij het private gezondheidsdossier. Schippers geeft de eigen machteloosheid openlijk toe. Ze zei in een debat in de Tweede Kamer vanmorgen dat zorgverzekeraars in hun contracten met huisartsen een verplichte aansluiting op het Landelijke Schakelpunt (LSP) mogen opnemen. ‘Zorgverzekeraars mogen extra kwaliteitseisen stellen aan de artsen’, verklaarde de minister van Volksgezondheid. ‘Ik heb geen enkele wettelijke basis om daarin in te grijpen’.
Een groot deel van de Tweede Kamer eiste een dergelijk ingrijpen van de minister. Die eis is opgekomen nadat bekend werd dat huisartsen door verzekeraars contractueel worden gedwongen zich aan te sluiten bij het private initiatief. Wie betaalt, bepaalt, zoals wel wordt gezegd. Hier is dat in grote mate het geval. De zorgverzekeraars mogen de beurs trekken om het initiatief, waarover al jaren werd gesteggeld, te redden. Politici moeten dan ook niet vreemd opkijken als er verplichtingen zoals deze worden opgelegd.
Schippers zegt niet meer te kunnen doen dan met Zorgverzekeraars Nederland om tafel te gaan en het nog eens over deze aansluiting te hebben.
De minister zegt dat ze liever heeft dat de beroepsgroep, de huisartsen dus, uit zichzelf een standaard omarmt om medische gegevens vast te leggen en te delen. Dat kan dan in overleg met de zorgverzekeraars. Het komende jaar kan dan een overgangsjaar worden, waarna in 2013 alle huisartsen medische persoonsgegevens van patiënten kunnen uitwisselen. Niet alleen onderling maar ook met ziekenhuizen en apothekers. Maar die beroepsgroepen hebben het afgelopen jaar gefaald in het vinden van een oplossing. Dit falen leidde ertoe dat de zorgverzekeraars erin gesprongen zijn.
Afgelopen maandag zei huisarts Suichies, tevens bestuurslid van de Vereniging van Praktijkhoudende Huisartsen, dat de huisartsen vrijwel niets kunnen doen tegen de verplichting. Het niet tekenen van het contract met de zorgverzekeraar kost een huisarts namelijk inkomen, ‘oplopend tot 40 procent’, aldus Suichies.
Die kosten zitten onder meer in andere declaratietarieven en vergoedingen voor minder behandelingen. ‘De macht van de zorgverzekeraars ten opzichte van de zorgverleners is oneindig’, zegt Suichies. Nu ook de minister geen macht heeft om dat te veranderen, hangt het van de verzekeraars zelf af hoe er nu wordt omgegaan met het privaat EPD. Dat was toch bekend, toen de zorgverzekeraars bereid waren om de beurs te trekken (of beter: om die kosten neer te leggen bij de premiebetalers) ? Niets voor niets, is het dictum. Dus als minister Schippers staat te juichen dat dit gebeurt, weet ze ook wat de consequenties zijn. De zorgverzekeraars meldden toen al dat het contractureel met de zorgverleners zou worden geregeld.
De Tweede Kamer uitte in het debat vanmorgen zijn zorg over de bemoeienis van de zorgverzekeraars met de opvolgers van het in de Eerste Kamer gesneuvelde EPD. De zorgverzekeraars hebben zich via belangenorganisatie Zorgverzekeraars Nederland garant gesteld voor de vele miljoenen die het privaat EPD moet gaan kosten. Nu zij ook de huisartsen verplichten tot deelname daaraan, is een deel van de Kamer bang dat de zorgverzekeraars op slinkse wijze toegang krijgen tot de medische gegevens van patiënten.
De Kamerleden Attje Kuiken (PvdA) en Renske Leijten (SP) roepen in een motie de minister op zware sancties op te leggen aan verzekeraars die op enige manier de hand weten te leggen op medische gegevens die via het LSP worden uitgewisseld. Dat kan variëren van boetes van 100.000 euro tot uitsluiting van de zorgmarkt. De minister kondigde aan binnenkort met een wetsvoorstel hierover te komen. En juist dit is wat de wetgever kan doen: kaders scheppen. Of die ooit kunnen worden afgedwongen, is een andere vraag.