22 maart 2007
In augustus 2005 berichtten wij al over de zaak die door de RIAA (Recording Industry Association of America) namens Elektra was aangespannen tegen Patricia Santangelo, een alleenstaande moeder uit New York die het niet eens was met de aanklacht van de RIAA dat zij via Kazaa auteursrechtelijk beschermde muziek gedownload en uitgewisseld heeft. Santangelo is van mening dat zij onschuldig is. Volgens haar verwijst de aanklacht naar een Kazaa-registratie die niet van haar of haar kinderen is, maar van een vriend van haar kinderen. Deze vriend zou met zijn registratie op Santangelo’s computer muziek via Kazaa gedownload hebben. Het verzet van Santangelo is opmerkelijk, want normaal stemmen aangeklaagden in met een schikking. Afwijzing van de schikking leidt tot een veel geld kostende rechtszaak die particulieren gedoemd zijn te verliezen vanwege het geld en de advocaten die de RIAA in kan zetten. Het is een van de best gevolgde rechtszaken in de kruistocht van de RIAA tegen vermeende en niet-vermeende 'file sharers' via peer-to-peer netwerken. Dit is met name te danken aan de agressieve verdediging van Santangelo, die de RIAA voortdurend in de problemen brengt.
De advocaat Ray Beckerman vermeldt op zijn blog dat Judge Colleen McMahon het verzoek van de RIAA heeft afgewezen om de rechtszaak te sluiten 'without prejudice'. In Amerikaans recht betekent dit: 'that a claim, lawsuit, or proceeding has been brought to a temporary end but that no legal rights or privileges have been determined, waived, or lost by the result'. McMahon stelt dat de zaak voort moet gaan om te worden besloten voor een jury of moet worden beëindigd 'with prejudice', wat betekent 'that a party's legal rights have in fact been determined and lost'. Het is een uiterst interessante uitspraak, want als de zaak uiteindelijk 'with prejudice' wordt afgesloten, dan kan Santangelo, als winnende partij, een schadevergoeding toegewezen worden om de advocaatskosten te dekken, net als in de geruchtmakende zaak Capitol Record vs. Debbie Foster. Dit is een andere, in februari 2007 afgesloten zaak waar de RIAA uiteindelijk bakzeil moest halen en Foster haar kosten vergoed zal krijgen. McMahon concludeerde in haar uitspraak dat 'no conceivable interest of justice would be served by permitting this case to be dismissed without prejudice against defendant'. De aangeklaagde dient de mogelijkheid te hebben om de zaak 'with prejudice' of voor een jury beëindigd te hebben. 'This case is two years old', zo schrijft McMahon. 'There has been extensive fact discovery. After taking this discovery, either plaintiffs want to make their case that Mrs. Santangelo is guilty of contributory copyright infringement or they do not'. De keuze is dus duidelijk voor de RIAA: ofwel doorgaan voor een volledige rechtszaak met jury waarin ze de jury zullen moeten overtuigen dat de aangeklaagde schuldig is aan het voorgedragen feit van 'secondary infringement' (een aanklacht die in Capitol-Foster door de rechter niet is geaccepteerd) of accepteren dat de hele zaak 'with prejudice' wordt afgehandeld, waardoor ze in ieder geval advocaatskosten zal moeten betalen. De RIAA komt steeds meer in een situatie dat het moet kiezen tussen twee kwaden. Daarbij komt dat de redenwaarom de RIAA deze zaken aanspant, namelijk dat door middel van file sharing via P2P-netwerken grote schade wordt toegebracht aan de muziekindustrie steeds meer onder vuur komt te liggen. Een artikel in de Journal of Political Economy door Felix Oberholzer-Gee en Koleman Strumpf heeft vastgesteld dat illegale muziekdownloads nauwelijks effect hebben op de verkoop van muziek, waardoor de claims over toegebracht schade op zijn minst overdreven zijn. In 'The Effect of File Sharing on Record Sales: An Empirical Analysis' onderzochten de auteurs data van de vier laatste maanden van 2002, waaruit kon worden geconstateerd dat P2P niet meer dan 0,7 % effect had op de verkopen. 'Using detailed records of transfers of digital music files, we find that file sharing has had no statistically significant effect on purchases of the average album in our sample', zo rapporteert het artikel. 'Even our most negative point estimate implies that a one-standard-deviation increase in file sharing reduces an album's weekly sales by a mere 368 copies, an effect that is too small to be statistically distinguishable from zero'. Die resultaten zetten alle rechtszaken aangespannen door de RIAA in een ander licht. Het zou verstandig zijn als de RIAA eens ging nadenken over de zin van deze rechtszaken, want aangeklaagden zullen, gezien de rechterlijke uitspraken, veel minder geneigd zijn om schikkingen te accepteren.