In OD 64 (2010), februari, blz. 10-13, staat een interessant artikel over transparantie binnen de overheid. Het meest interessant daarvan zijn twee zinsneden uit het artikel.
De eerste is: ‘Verantwoorden is gewoon openheid van zaken geven, ook wel transparantie genoemd’. De uitspraak slaat de spijker op de kop. Transparantie van overheidshandelen, het helder en duidelijk kunnen maken wat een instantie heeft gedaan bij het afhandelen van een vraag van een burger, heeft alles te maken met het afleggen van verantwoording aan diezelfde burger en aan de andere ‘legitieme fora’, waar een overheid verantwoording aan moet afleggen.
Dat ‘openheid van zaken geven’ is binnen de overheid niet vanzelfsprekend. Integendeel. Het belijden van transparantie met de mond betekent nog niet dat het in het belang van ambtenaren, bestuurders en politici is om werkelijk transparant te zijn. Dat zou namelijk betekenen dat de handel en wandel van deze groepen met betrekking tot de afhandeling van business wel heel duidelijk zou zijn en maakt het invloed uitoefenen op een specifieke uitkomst moeilijker.
De tweede zinsnede uit het artikel heeft juist daar mee te maken. Gert-Jan de Graaf (Partner van Dino4) stelt helder dat ‘de overheid dit niet (gaat) willen’. Zijn voorspelling is een gevolg van wat hij inschat als het ‘natuurlijke gedrag’ van de overheid: ‘In de tweede plaats gaat de overheid dit voorkomen door onnaleefbare regels te stellen. In de derde plaats gaat de overheid dit frustreren door de projecten die tot die transparantie moeten leiden gemiddeld 3,6 maal zoveel tijd te laten kosten, er 11,3 maal zoveel geld aan te spenderen dan geraamd en dat zal tot 0,04 % van de gewenste functionaliteit leiden’.
Waar De Graaf op wijst is dat transparantie niet het belang is van degenen die transparant moeten zijn. En de digitale wereld heeft, naast alle middelen om transparantie volledig mogelijk te maken, ook voldoende middelen ter beschikking om het volledig te verhinderen. Mijn angst is dat de overheid met de roep om transparantie juist bedoeld dat de handelingen van burgers volledig transparant en traceerbaar zijn, maar dat het eigen handelen achter een mist van mooie woorden, bedoelingen en schijnoplossingen verborgen blijft.
Over transparantie zie ook het boek van Warren Bennis, Daniel Goldman, James O’Toole e.a., Transparantie. Hoe je als manager openheid creëert (Management Boek 2009).
Deze column werd op 21 februari 2010 geplaatst op Bevlogen Bespiegelingen, een blog die ik tot 2018 regelmatig aanvulde, maar daarna niet meer gebruikte en die nu niet meer bereikbaar is.