21 maart 2008
De modernisering van de Gemeentelijke Basisadministratie wordt voortgezet. Dat tenminste is de conclusie uit een overleg tussen staatssecretaris Bijleveld van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Nederlandse Vereniging voor Burgerzaken. Het nieuwe programma moet twee onderdelen realiseren ter vervanging van het huidige GBA-systeem. Het gaat om een centraal module van waaruit de gegevensverstrekking plaatsvindt (GBA-Verstrekkingen, GBA-V). De eerste versie hiervan is bijna af. De ontwikkeling van de tweede module werd opgeschort, nadat bleek dat in de begroting niet voldoende geld beschikbaar was. Het gaat hier om de ontwikkeling van een burgerzakensysteem (BurgerZakenSysteem-Kern, BSZ-K). Er is nu besloten om met dit deel door te gaan. De rijksoverheid zorgt voor de kern van een burgerzakensysteem. Die wordt aan alle gemeenten ter beschikking gesteld voor het verzamelen en beheren van de persoonsgegevens van alle burgers in Nederland. De gemeenten zorgen voor de inpassing van deze kern in hun werkprocessen.
Het burgerzakensysteem heeft diverse voordelen, vinden de betrokken partijen. De betrouwbaarheid van de GBA-gegevens kan dan bij alle gemeenten op dezelfde wijze worden gecheckt, waardoor de kwaliteit verbetert. Daarnaast kunnen veranderingen in de systematiek van persoonsgegevens tegen lagere kosten door te voeren. De precieze verdeling van verantwoordelijkheden en financiën moet nog worden bepaald. Als dat is vastgesteld kan het programma worden hervat. De modernisering dient ervoor te zorgen dat de overheid direct over actuele burgerinformatie kan beschikken. Dit vereist dat gemeenten met betere persoonslijsten gaan werken. Eén van de verbeteringen is het niet langer opnemen van persoonsinformatie over kinderen op de persoonslijsten van de ouders, waardoor nu onvermijdelijk dubbelingen ontstaan die een eigen leven gaan leiden. In de nieuwe GBA wordt gewerkt met eenduidige verwijzingen. De gemeenten moeten hun werkprocessen aanpassen aan de nieuwe opzet van de persoonslijsten. De wens tot vernieuwing van de GBA stamt al uit 2000. Het project liep onlangs bijna spaak, nadat twee onderzoeksrapporten een opeenstapeling van missers bij invoering van het programma beschreven. De kritiek op het project is ook groot geweest. Arre Zuurmond, hoogleraar aan de TU Delft en oprichter van Zenc, vindt dat de leveranciers van GBA-systemen ten onrechte niet bij het project zijn betrokken. 'Mijn belangrijkste kritiek is dat het project is omgebogen naar ontwikkeling buiten de leveranciers om. De projectleiding heeft het project hergeformuleerd naar centrale softwareontwikkeling, maar dan wordt er maatwerk geleverd. Dat levert praktijken op als uurtje factuurtje door ontwikkelaars die geen enkele resultaatverplichting hebben'. Hij meent dan ook dat er centraal alleen een technische architectuur zou moeten worden vastgesteld die aan de leveranciers wordt gegeven. Wanneer zij volgens deze principes een systeem bouwen, mogen zij hun software aan gemeenten leveren. Het feit dat zo'n groot project als het GBA 'vlot' getrokken moet worden, waarbij het nog maar de vraag is of het succesvol wordt beeindigd, staat niet op zich. Brigitte van der Burg (VVD): 'Ik denk dat het probleem vooral in de regie zit en met name met het niveau waar de regie verankerd ligt. Nu is er vaak niemand op hoog niveau verantwoordelijk voor ICT. Net als in het bedrijfsleven moet iemand ICT in z'n portefeuille krijgen. De verantwoordelijkheid ligt nu nog te veel op technisch niveau'. Ook Zuurmond noemt de gebrekkige regie bij IT-projecten: 'Voor regie hoort visie te zitten, maar er is te weinig bestuurlijke visie op wat de overheid zou moeten doen en wat de softwaremarkt'.