29 december 2010
Wie zijn IP-adres verbergt heeft daar een reden voor en mogelijk is die ‘te relateren aan kinderporno’, stelt een onderzoek in opdracht van de overheid. De onderzoekers adviseren een vergaande aanpak van cybercrime. Het onderzoek richt zich op het samenstellen van gedragsprofielen van cybercriminelen, die kunnen worden ingezet tegen cybercrime. Sommige zaken kunnen duiden op verdacht gedrag, zo stelt het rapport. Mensen die zich schuldig maken aan het kijken of produceren van kinderporno hebben browserfavorieten die daar op kunnen duiden, zo stellen de onderzoekers van het onderzoeksbureau Faber in het rapport dat zij in opdracht van de ministeries van Economische Zaken en Veiligheid en Justitie uitvoerden. De onderzoekers komen ook tot de niet verrassende conclusie dat surfgedrag en gebruikte zoektermen licht kunnen werpen op iemands activiteiten. Volgens de Volkskrant concluderen de onderzoekers dat cybercrime alleen kan worden aangepakt als de politie ‘internationaal gaat samenwerken’ en ook ISP’s, banken en domeinregistreerders gegevens aan de politie leveren. Providers zouden kunnen inspecteren welke abonnees hun IP-adres verbergen, waarna de politie die gebruiker nader kan onderzoeken. Een van de onderzoekers, Wynsen Faber, geeft tegenover de krant toe dat deze potentiële maatregelen kunnen ‘schuren’ met de privacy. Dat is nogal positief geformuleerd voor een flagrante inbreuk op welke privacyregels dan ook die we in dit land hebben.