8 maart 2011
BZK heeft toch een eigen verkenning gedaan naar kostenbesparingen door open IT. Aanvankelijk wilde het ministerie dit geheim houden. Het eigen onderzoek wordt nu geopenbaard, maar de minister trekt er direct de handen van af. ‘Het is een ondeugdelijk onderzoek’, schrijft minister Donner aan de Tweede Kamer. Hij brengt de notitie waarin het onderzoek is vervat naar buiten, onder druk van Tweede Kamer-lid Rik Janssen van de SP. De SP had vorige maand al van bronnen binnen de overheid gehoord dat er een onderzoek door BZK is gedaan naar de mogelijke kostenbesparingen van open source en open standaarden voor het IT-gebruik van de overheid. Zo’n onderzoek stond vorig jaar nog op stapel, maar is begin dit jaar door minister Donner ontkend. Het zou niet slechts gaan om natte-vingerwerk. SP-Kamerlid Janssen zei bij zijn eis tot openbaarmaking: ‘Het gaat hier niet om een A4-tje van een vlijtige ambtenaar. Het is een uitgebreide notitie die echt wel iets om het lijf heeft. De Algemene Rekenkamer heeft deze notitie wél gekregen van het ministerie. De Kamer moet over alle informatie kunnen beschikken en de minister moet dit gewoon opsturen als hem dit gevraagd wordt en niets achterhouden’.
Minister Donner heeft in eerste instantie de eis van de SP afgewezen met als argumentatie dat de notitie slechts een verkenning was. ‘Ik weigerde dit met het argument dat een van mijn medewerkers een idee op papier had gezet als privéstuk dat niet de status had van een onderzoek of rapport’, aldus Donner. Een woordvoerder van de SP verklaarde de ambtenaar niet te kennen, maar dat Rijks-CIO ‘Maarten Hillenaar het aan de Algemene Rekenkamer heeft gegeven. Maarten Hillenaar is goed in zijn vak en zou geen rommel aan de Algemene Rekenkamer geven’. Minister Donner doet nadrukkelijk afstand van het stuk. ‘Naar aanleiding van de gestelde vragen heb ik nader onderzoek laten doen naar de totstandkoming van het stuk. Er is gebleken dat het om een ondeugdelijk onderzoek gaat, en niet zozeer om een privéstuk. Het stuk is niet in besluitvorming gebruikt en nooit verder gekomen dan de status van een intern beleidsvoorbereidend document’, bezweert Donner. Toch is het gedeeld met de Algemene Rekenkamer, dat een eigen onderzoek uitvoert naar de mogelijke kostenvoordelen van open IT voor de overheid. De Algemene Rekenkamer onthoudt van commentaar. ‘Zoals bekend doet de Algemene Rekenkamer onderzoek naar het gebruik van open standaarden en open software bij de Rijksoverheid. Voor dit onderzoek is er uiteraard veelvuldig contact met het ministerie van BZK’, reageert een woordvoerder. Het onderzoek zit nu in de afrondende fase. ‘We hopen medio maart te kunnen publiceren’. In het rapport worden kostenbesparingen geschetst die in het meest conservatieve geval 115 miljoen euro per jaar aan besparing opleveren. Dat zou al bereikt worden door het ‘introduceren van marktwerking op generieke IT’. Een besparing van 500 tot 750 miljoen euro per jaar is mogelijk als ‘de decentraal geïmplementeerde applicaties worden vervangen door centraal gefaciliteerde open source-varianten. …. Door in te zetten op het realiseren van beide mogelijkheden moeten besparingen tussen de 500 miljoen en 1 miljard euro per jaar haalbaar zijn’. Dan volgt direct de opmerking: ‘Het daadwerkelijk realiseren van deze besparingen zal een forse inspanning en een lange doorlooptijd (tenminste 10 jaar) vergen’. Het rapport beperkt zich volgens Donner ‘tot inschattingen van mogelijke baten die ontstaan door het ontbreken van licentiekosten bij open toepassingen, ten opzichte van gesloten toepassingen’. Dit zou dus simpelweg de aftreksom zijn van gratis open source-producten in plaats van betaalde licenties voor closed source-software. Verder zijn er in het onderzoek ‘geen schattingen gemaakt van mogelijke kosten (transitiekosten en dergelijke’, vervolgt de BZK-minister. Dit betreft dus de kosten voor migratie van de huidige Rijks-IT naar een omgeving met meer open standaarden en eventueel ook open source. Migratiekosten zijn echter ook van toepassing bij nieuwe pakketten of versies daarvan die niet of minder open zijn. Tot slot stelt Donner dat de in het rapport geschetste mogelijke kostenbesparingen bij de Digitale Werkomgeving Rijksdienst (DWR) niet zomaar van toepassing zijn op alle IT bij de overheid. ‘De extrapolatie van het besparingspotentieel bij de toepassing van DWR naar 50 soortgelijke toepassingen bij het Rijk is dusdanig grof dat hier weinig waarde aan toe kan worden gekend’. Een gedetailleerde studie uit 2006 heeft de kosten en de opbrengsten voor de overgang naar OpenOffice al in beeld gebracht, maar dat is uiteraard beperkter dan wat de Algemene Rekenkamer nu berekent.