Category Archives: Uncategorized

De arbeidsproductiviteit in Nederland

De arbeidsproductiviteit in Nederland is weer lager. Los van het feit dat dat al lange tijd gaande is en het volstrekt onduidelijk is hoe dat cijfer uiteindelijk wordt bepaald (zelfs de gasprijs speelt een rol blijkbaar), gaat het feit dat er blijkbaar minder mensen inzetbaar zijn een rol spelen. Innovatieve technologie is dan een van de oplossingen, blijkbaar.

Innovatieve technologie is al jaren ingezet, zonder veel succes vaak. Dat lag niet aan die technologie, veelal aan de wijze waarop die technologie is geรฏmplementeerd en waarop er binnen organisaties mee wordt omgegaan. Zeker als het gaat om informatietechnologie gaan organisaties in implementatieprocessen tot het uiterste om die technologie volledig te doen lijken op de organisatie zoals die is. Technologie dient dan alleen maar om bestaande structuren te versterken, leidend tot een toename van bureaucratisering en verkokering. Niemand wordt er gelukkig van, maar we gaan er toch gewoon mee door. In veel gevallen wordt het ‘systeem’ achteraf ingevuld op basis van wat bij de koffieautomaat is afgesproken. Lach niet, want dat is in veel situaties nog steeds het geval.

Als je de arbeidsproductiviteit van je mensen wilt verhogen, denk dan aan:

Gebruik technologie zoals die gebruikt moet worden en gebruik AI daar waar daadwerkelijk verbeteringen kunnen worden aangebracht. Vergeet Generatieve AI, want die speelt hier geen rol van betekenis. Kijk naar kleinere, ‘slimme’ AI-toepassingen die bottlenecks in je werkorganisatie kunnen oplossen, waardoor mensen worden vrijgemaakt om ‘gewoon’ hun werk te doen.

Durf na te denken over je eigen organisatie, je eigen werkwijzen en je eigen ‘overhead’ in processen.

Durf je organisatie te veranderen zodat die gebruik kan maken van de mogelijkheden die de technologie biedt.

Durf je organisatiecultuur aan te pakken en maak het gedrag van jezelf en je mensen bespreekbaar. De meeste problemen met de toepassing van technologie zitten juist in die cultuur en in dat gedrag!

Durf te investeren in mensen. Vul vacatures op met mensen die wat ouder zijn, die een afstand hebben tot de arbeidsmarkt of die ondanks hun opleiding alles willen aannemen om nuttig te zijn. Ook onder hun ‘niveau!’ Als je een vacature hebt, en je stuurt mensen weg omdat ze te ‘oud’ zijn, geen ‘ervaring’ hebben in de sector, ‘overgekwalificeerd’ zijn of meer van dergelijke drogredenen, dan heb je geen tekort aan mensen.

En tot slot: houd op met de dooddoener dat het ‘wat langer duurt’ voordat je als klant geholpen wordt omdat het ‘te druk’ is!

Dat is die oude ‘cultuur’ en dat ‘oude’ gedrag waar je zo snel mogelijk vanaf moet!

Gepubliceerd in een post op LinkedIn, augustus 2024.

Deze post was een reactie op een nieuwsbericht op EW.

Share This:

Organizational structure and software design

Melvin Conway’s Law, first posited in 1968, states that the architectural structure of a software system mirrors the organizational structure of the entity responsible for its development.

In the event that an organization comprises multiple teams engaged in a single project, the resulting software system will likely exhibit a structure that reflects the communication patterns between those teams. Even the largest software development companies, such as Microsoft and Google, are susceptible to the influence of this ‘law’.

Although typically discussed in the context of software, the observation is applicable more broadly to systems in general. Conway posits that social problems such as poverty, healthcare, and education reflect (or mirror) the structures of government organizations.

Let’s take this one step further.

The architectural structure of the software may reflect the structural configuration of the organization that designed it. Ultimately, however, the implementation of the software reflects the structural configuration of the organization that uses it, even if the structural configurations of the developer and the user are disparate (or even contradictory).

Could this be a potential explanation for organizational difficulties encountered when implementing information and records management software?

In addition to the more obvious explanations regarding organizational and employee behaviour, of course.

I was inspired by Nohan Nayak’s insightful post below, in which he also raises the question of whether AI agents are influenced by Conway’s law. This is a very interesting question, as it would have significant implications if they are.

Further reading:
Conway, M. E. (1968). ‘How do committees invent’, Datamation, Vol. 14, No. 4, 28-31.
Bindrees, M. A., Pooley, R. J., Ibrahim, I. S., & Bental, D. S. (2014). ‘How public organisational structures influence software development processes’, Journal of Computer Science, Vol. 10, No. 12, 2593.
Bailey, S. E., Godbole, S. S., Knutson, C. D., & Krein, J. L. (2013). ‘A decade of Conway’s Law: A literature review from 2003-2012’, 2013 3rd international workshop on replication in empirical software engineering research, IEEE, pp. 1-14.

Response to the following LinkedIn post:

Nohan Nayak, How Organizational Structure Impacts Software Design
This relationship, known as Conway’s law, states that “organizations which design systems … are constrained to produce designs which are copies of the communication structures of these organizations”.
There are several key ways in which organizational structure affects software design:

Communication and Coordination
Software components that need to communicate frequently tend to be developed by teams that interact closely. Conversely, loosely coupled teams will produce more modular software designs.

Specialization and Expertise
The division of labor and specialization of teams in an organization influences the modularity and layering of software systems. Teams focused on specific domains or technologies will produce components that are optimized for those areas but may not integrate as smoothly.

Decision-Making and Autonomy
The decision-making structure of an organization, whether centralized or distributed, impacts the flexibility and extensibility of software. Centralized decision-making, such as in a chief programmer team, can produce more consistent designs but may limit innovation. Decentralized structures like egoless or democratic teams allow more experimentation but may lack coherence.

Organizational Inertia and Legacy
Over time, an organization’s software tends to mirror the communication patterns and team structures that existed when it was originally built[1]. As an organization evolves, its software can become increasingly misaligned, requiring major refactoring efforts to untangle.

To mitigate the impact of organizational structure on software design, experts recommend:

– Aligning teams and components based on domain boundaries rather than technologies
– Fostering cross-team communication and coordination through shared goals, tools, and processes
– Empowering software architects to shape both the technical and organizational structures
– Regularly reviewing and iterating the organization’s structure to keep it in sync with evolving software needs

How does organisational structure impact software design? And will AI Agents behave the same way?

This intriguing illustration sheds light on the dramatised organisational structures of Amazon, Google, Facebook, Microsoft, Apple, and Oracle, perfectly echoing ๐—–๐—ผ๐—ป๐˜„๐—ฎ๐˜†’๐˜€ ๐—Ÿ๐—ฎ๐˜„: “๐—ฆ๐—ผ๐—ณ๐˜๐˜„๐—ฎ๐—ฟ๐—ฒ ๐—ฎ๐—ป๐—ฑ ๐—ฝ๐—ฟ๐—ผ๐—ฑ๐˜‚๐—ฐ๐˜ ๐—ฎ๐—ฟ๐—ฐ๐—ต๐—ถ๐˜๐—ฒ๐—ฐ๐˜๐˜‚๐—ฟ๐—ฒ ๐—ถ๐˜€ ๐—ฑ๐—ฒ๐˜€๐˜๐—ถ๐—ป๐—ฒ๐—ฑ ๐˜๐—ผ ๐—ฏ๐—ฒ ๐—ฎ ๐—ฟ๐—ฒ๐—ณ๐—น๐—ฒ๐—ฐ๐˜๐—ถ๐—ผ๐—ป ๐—ผ๐—ณ ๐˜๐—ต๐—ฒ ๐—ผ๐—ฟ๐—ด๐—ฎ๐—ป๐—ถ๐˜€๐—ฎ๐˜๐—ถ๐—ผ๐—ป๐—ฎ๐—น ๐˜€๐˜๐—ฟ๐˜‚๐—ฐ๐˜๐˜‚๐—ฟ๐—ฒ ๐˜๐—ต๐—ฎ๐˜ ๐—ฐ๐—ฟ๐—ฒ๐—ฎ๐˜๐—ฒ๐—ฑ ๐—ถ๐˜.”

This concept could become a critical hyperparameter in AI agent design, shaping their interactions and problem-solving approaches. Conway’s Law appears to be an emergent property of complex systems, but regardless, the fact that LLMs are trained on human decision-making makes it increasingly likely that Agents will emulate these same dynamics.

For the LinkedIn posting see here.

Publshed August 2024.

Share This:

Bevlogen Bespiegelingen

De afgelopen dagen heb ik besteed aan het opnemen van een aantal columns/essays van mijn blog Bevlogen Bespiegelingen in deze website. De blog is over enkele weken niet meer beschikbaar.

Tijdens het verplaatsen en het doorlopen van de tekst bleek dat deze columns nog steeds een grote mate van actualiteit hebben, al hebben ze uiteraard wel wat last van de tijd die voorbij gegaan is. Ik heb tot 2018 regelmatig stukken tekst geplaatst, maar de ‘oudste’ stukken dateren van 2010 tot 2013.

Bij het doorlezen van deze teksten en het nalopen van alle aangebracht links naar gebruikte bronnen, kwam ik tot de conclusie dat vele links niet meer beschikbaar waren. Ik heb niet de moeite genomen na te zien in hoeverre ze eventueel in een of ander web-archief nog beschikbaar zijn. Dat zou wel heel veel tijd vergen. Daar waar de bron is verdwenen heb ik ook de link verwijderd. Waar deze eventueel te reconstrueren was (eventueel met gebruikmaking van andere bronnen) heb ik dat gedaan.

Vele blogs zijn gebaseerd op boeken die ik ten tijde van het bericht las of gelezen had en op basis waarvan ik soms ‘enigszins’ op hol sloeg.

Op deze wijze blijven de blogs in ieder geval bewaard op de plek waar de meeste van mijn publicaties terug te vinden zijn. Dat is iets wat ik zelf erg prettig vind.

En uiteraard:

De blog is ook terug te vinden op de website van het internet archive, hier namelijk.

Share This:

Gleich’s ongelijk

In maart 2011 alweer verscheen James Gleickโ€™s boek ‘The information. A history, a theory, a flood‘, uitgegeven bij Pantheon Books in New York. Nog datzelfde jaar verscheen er een Nederlandse vertaling van Ronald Jonkers bij De Bezige Bij in Amsterdam. Voor mijn verhaal baseer ik mij op de oorspronkelijke uitgave, omdat ik van mening ben dat geen enkele vertaling de oorspronkelijke zeggingskracht en sfeer kan weergeven.

Information

Ik heb zelden een boek in handen gehad dat mij tegelijkertijd zoveel gevoel van bewondering als van irritatie heeft gegeven als dit boek. Dat is ook de reden dat ik er nu pas iets over zeg. Ik heb het boek verschillende keren aan de kant gegooid, maar ik kon het toch niet laten er later weer naar te grijpen. Het boek grijpt je, en dat is een groot compliment voor de schrijver. Gleickโ€™s boek gaat over (bijna) alles: over woorden, sprekende โ€˜drumsโ€™, het schrift, lexicografie en vroege pogingen voor een analytische machine, over telegraaf, telefoon, ENIAC en de computers die daarop volgden, over theorieรซn van Babbage, Shannon, Wiener, Turing, Gรถdel en anderen, die zich concentreerden op het coderen, decoderen en recoderen van de boodschappen die via de media in hun tijd werden verspreid, over de genetica als een biologisch mechanisme voor informatieuitwisseling en zelf-replicerende ideeรซn als zichzelf ontwikkelende levensvormen van โ€˜The Informationโ€™, over muziek en quantummechanica, over de betekenis van โ€˜interesting numbersโ€™ en waarom โ€˜the bit the ultimate unsplittable particleโ€™ is. Het gaat over veel te veel en als gevolg daarvan verliest het boek, dat (maar dat is Gleick wel toevertrouwd) meesterlijk geschreven is, veel van zijn overtuigingskracht. Het is, in mijn optiek, โ€˜overdoneโ€™ en zelfs de eruditie die er uit spreekt wekt halverwege het boek al irritatie op. Het lijkt een โ€˜omgevallen boekenkastโ€™, die de โ€˜rode draadโ€™ van het boek (die er wel degelijk is) grotendeels teniet doet. De grote hoeveelheid lovende recensies van het boek ten spijt (ik vraag me in alle gemoede af of het boek door die recensenten wel serieus gelezen is !): als een student een scriptie met zo weinig focus en zoveel niet ter zake doende uitwijdingen had ingeleverd, was deze gegarandeerd retour gegaan.

Continue reading

Share This:

Stapel is niet uniek

De val van de Khadaffiโ€™s in Lybiรซ, het decadente en platvloerse gedrag van Berlusconi, het infantiele gedrag van onze eigen vertegenwoordigers in de Tweede Kamer, het (on-)gecontroleerde faillissement van Griekenland, de voortwoekerende Europese (en Amerikaanse) schuldencrisis door politieke incompetentie, het vervagen van maatschappelijke tolerantie en het voortdurende โ€˜haantjesโ€™-gedrag van de Nederlandse bestuurders: het zijn allemaal themaโ€™s die aandacht verdienen en die hier op hun plaats zouden zijn. Maar wat mij de afgelopen maand werkelijk geรฏntrigeerd heeft is kennis te nemen van het kamikaze-gedrag van Diederik Stapel, oud-hoogleraar sociale psychologie aan de Universiteit van Tilburg, die zonder ook maar een poging tot ontkenning te doen op een vraag van zijn decaan toegaf onderzoeksgegevens te hebben gefingeerd en dus wetenschappelijke fraude te hebben gepleegd. En die daarmee de wetenschappelijke wereld op zijn kop zet en alle oude verdedigingsmechanismen daarin tot volle glorie brengt !

Wonderbaarlijk !

Eerlijk gezegd kende ik Stapel niet en ben ik nooit geconfronteerd geweest met zijn werk (ondanks de omvang daarvan). โ€˜Egoรฏsmeโ€™ en โ€˜hufterigheidโ€™ heb ik nooit geassocieerd met het eten van vlees, al zou het best kunnen zijn dat er een relatie ligt. Dat in het kader van een (nog niet gepubliceerd) onderzoek gegevens zijn gefingeerd, wil nog niet zeggen dat de algehele stelling onjuist is. De twijfel over de juistheid neemt uiteraard wel toe, vooral ook als de betrokken onderzoekers daarnaast in daden en denken ook nog nauwe banden hebben met organisaties als โ€˜Wakker Dierโ€™. Dat die gefingeerde data kritiekloos door de andere betrokken wetenschappers zijn geaccepteerd, is ze uiterst kwalijk te nemen en getuigt van een houding die wetenschappers onwaardig is. Persoonlijke opvattingen over wat wenselijke conclusies zijn, mag geen aanleiding zijn tot kritiekloos accepteren van ongevalideerde gegevens. Hoe beroemd, geacht of bewonderd de inbrenger van die gegevens ook is !

Continue reading

Share This:

De morele dilemmaโ€™s van het artsenverzet

Het was druk, de afgelopen weken. Dat heeft me verhinderd om deze blog aan te vullen. Dat wil niet zeggen dat er niet gelezen is, maar het tempo was wel aanzienlijk lager. Waaraan ik in deze post aandacht wil schenken is het artsenverzet in de Tweede Wereldoorlog, een van de themaโ€™s waarmee ik mij de afgelopen tijd heb bezig gehouden. Ik doe dat op basis van het op 3 meil jl. verschenen boek Witte Jassen en Bruinhemden. Nederlandse artsen in de Tweede Wereldoorlog. En alsof die titel nog niet voldoende is, hebben de samenstellers van de bundel er nog een subtitel aan toegevoegd: Bijzondere getuigenissen van artsen en geneeskundestudenten, 1940-1945. Om het helemaal af te maken is er ook nog een sub-sub-titel: Interviews, fotoโ€™s en documenten over morele dilemmaโ€™s, angstige confrontaties en, vooral, gewetensvolle zorg in bezettingstijd. Een hele mondvol. Het boek is geschreven en geproduceerd door de redactie van het tijdschrift Medisch Contact, een podium waarop artsen met elkaar en met anderen in en rond de gezondheidszorg van gedachten kunnen wisselen. De titels geven aan waar het boek over gaat: verhalen van ooggetuigen, artsen die als student of beginnend arts de bezettingsjaren hebben meegemaakt. Daarnaast is het nodige speurwerk verricht om hun ervaringen in de juiste context te plaatsen.

Continue reading

Share This:

Network Society

In onze maatschappij van vandaag zien we een enorme verandering optreden door de altijd aanwezige hyper-connectiviteit, mogelijk gemaakt door de huidige ‘smart’ informatietechnologie. Deze enorme connectiviteit heeft grote gevolgen voor technologie en economie alsmede voor cultuur, sociale instituties, religie en welbevinden. Het leidt tot een nieuwe organisatie van sociale structuren. Deze ontwikkeling wordt veel aangeduid met het concept van de netwerkmaatschappij.

Een netwerkmaatschappij kan omschreven worden als ‘a society whose social structure is made up of networks powered by micro-electronics-based information and communications technologies.’ Dat is zoals een van de voornaamste theoretici van het concept het omschrijft: Manuel Castells, The Rise of the Network Society (Oxford, 2000), p. 17. Castells toont in zijn boek aan dat er altijd sociale netwerken geweest zijn, maar dat ze fundamenteel veranderen door het gebruik van ICTs aangezien deze helpen ‘to create and sustain far-flung networks in which new kinds of social relationships are created.’

Castells noemt de netwerkmaatschappij ook een โ€˜informationele samenlevingโ€™, een samenleving waarin de sociale structuur bepaald en gevormd wordt door informationele processen in netwerken. Mensen raken innig verweven met netwerken die er voor hen toe doen en vergeten alle ‘contacten’ die er voor hen (om wat voor reden dan ook) niet toe doen. Het leidt tot blikvernauwing, informatiebubbels en intolerantie. Het leidt ook tot een nieuwe sociaal-economische strijd: niet zozeer over uitbuiting (hoewel dat ook en misschien nog wel meer plaatsvindt), maar vooral over economische overbodigheid. Het risico om economisch overbodig te worden leidt voor grote delen van onze bevolking een voortdurende bron van onzekerheid. In elk netwerk moet iedereen voortdurend laten zien dat ze er nog bijhoren รฉn van meerwaarde zijn. Mensen worden onderweg achtergelaten. De netwerkmaatschappij kan ook tot een egocentrische (wellicht zelfs egoistische) samenleving worden.

Onderstaande video laat in het bestek van een half uur zien wat die netwerkmaatschappij inhoudt, kijkend vanuit de positieve kant. De negatieve aspecten worden onderbelicht. Wel de moeite waard om te bekijken, zeker ook omdat het maatschappelijke vragen oproept die door ons nog veel te weinig worden gesteld

Share This:

Watch Dogs We Are Data: the interconnectivity of public data

Watch Dogs is een action-adventure van Ubisoft. ‘Set in alternate reality Chicago, Illinois, the player controls Aidan Pearce (voiced by Noam Jenkins) who can hack into electronic devices linked to the cityโ€™s central operating system (CtOS). In the game universe, the Northeast blackout of 2003 was caused by a hacker, which prompted the development of CtOS. This system illustrates the concept of the inter-connectivity of data and the worldโ€™s increasing reliance on technology by controlling almost every piece of technology in the city and containing information on all citizens. Summarily, that system can be accessed by people like you so that bank numbers and personal funds can be stolen, traffic lights can be switched at random, and information can be used and abused’. Om aan te geven dat het spel veel realistischer is dan we wellicht zouden denken, lanceerde Ubisoft de website Watch Dog’s We are Data, waarin precies wordt aangegeven hoe zeer het Watch Dog universum lijkt op het onze.
 
De website staat je toe te kijken naar data (‘CCTV networks, traffic lights, real-time running trains, as well as localized shared social media on Twitter, Facebook, email, Instagram, Flickr, etc’. Dit pops-up in real-time in drie verschillende steden: Londen, Parijs en Berlijn.
 
De website wil aangeven dat ‘societyโ€™s hyper reliance on technology and interconnected reality already exists… and all that information can be shared, traded, and monitored in real-time by anyone’.
 
Door iedereen! Dus ook door jou!

 
Hieronder een video met uitleg over de site en de werking ervan. In het Frans! Goed om je talenkennis te testen!
 
De website waarop je zelf kunt grasduinen (in het Engels!) kun je hier vinden.

 
 

Share This: